Talk of the week: Yvoire de Rosen over afrofeminisme

Geüpdatet op 22 oktober 2018 door Marie Guerin en Isabelle
Talk of the week: Yvoire de Rosen over afrofeminisme

Van 26 tot en met 28 oktober vond Ethno Tendance Fashion Week Brussels plaats, een event dat multiculturele en inclusieve mode promoot. Wij schoven voor de gelegenheid aan tafel met diens PR-verantwoordelijke én antropologe Yvoire de Rosen. Martine Warck, het brein achter de blog Nappy Is Beautiful, maakte het gezelschap compleet als interviewer van dienst. Goed voor een interessante babbel over structureel racisme, de beeldvorming rond mensen met afro roots in België én “afrofeminisme”:

M: Je hebt tijdens je studie antropologie de kleed- en kapselgewoontes van mensen met Afrikaanse roots bestudeerd. Waarom is dat belangrijk?

Y: Mode en beauty lijken triviaal, maar zijn dat allesbehalve omdat ze als geen ander de beeldvorming die we van onszelf en van andere groepen hebben, bepalen. De beslissing om je afro haar natuurlijk te laten en niet met tal van chemische producten te “bevechten” is vanuit sociologisch oogpunt bijvoorbeeld heel erg interessant. Mijn moeder heeft enkele jaren geleden Ethno Tendances, een platform voor inclusieve mode, opgericht en het feit alleen al dat dit nodig was, spreekt boekdelen. Hoe komt het dat bepaalde designers en influencers steeds uit de boot vallen? Het is een vraag die gesteld moet worden.

M: Net als de vraag waarom bepaalde clichés volharden, ondanks het feit dat België ene multiculturele samenleving is.

Y : Wist je dat er in Brussel alleen al meer dan 120 nationaliteiten samenhokken ? Desondanks is er sprake van cultureel en structureel racisme. Pukkelpop, Aarschot,… : de voorbije maanden werd nog maar eens pijnlijk duidelijk hoe diepgeworteld « alledaags racisme » is. Nieuw is dat niet, we worstelen met z ‘n allen met een koloniaal verleden en dat zorgt voor een diep genestelde vorm van verkeerde beeldvorming waaraan niemand ontsnapt. Het pijnlijke is dat de structuren waarin we leven en werken, maar ook de media, daar een draagvlak voor vormen –ook al gaat dat niet altijd bewust.

Ik heb in de televisiewereld gewerkt en kan een boekje opendoen over seksisme en racisme. De klassieke rolverdeling blijft keer op keer stereotiepen bevestigen : sommige rollen zullen gewoonweg nòòit naar een donkere vrouw gaan. Punt. Ikzelf ben Miss Meteo geweest, dat zegt genoeg. Het ligt er misschien niet vingerdik op, maar het heeft wel nare gevolgen. We kunnen het grote plaatje niet aanpakken zonder het eerst over deze vorm van racisme te hebben, we kunnen geen individuele zaken aanpakken zonder het over het collectieve te hebben –vandaar het belang om zich te verenigen. Daarom heb ik drie jaar geleden het collectief Mwanamké –Swahili voor « vrouw »-opgericht, om de specifieke problemen van afro vrouwen aan te kaarten.

Van links naar rechts: Martine Warck, Yvoire de Rosen en Elle Belgique hoofdredactrice Marie.

M : Wat is dan het verschil tussen feminisme en afrofeminisme ?

Y : In het traditionele feminisme wordt niet specifiek over de combinatie seksisme plùs racisme gestruikeld, terwijl dat voor ons, Belgische afro vrouwen, juist een dagelijks juk is. Ik heb Afrikaanse vrouwen ontmoet die zichzelf als feministen bestempelen in hun Afrikaanse context. Wij hebben het over afrofeminisme in onze Belgische context, het is daarom echt iets specifiek voor België en andere Westerse landen. We activeren ons tegen racisme en seksisme. Eigenlijk staan we op een kruispunt tussen verschillende vormen van discriminatie : we zijn vrouw, donker, soms moslim, sommigen zijn homoseksueel, anderen gehandicapt. Vanaf hun prille jeugd worden meisjes met afro roots standaard geconfronteerd met racisme en seksisme en dat moet stoppen. Het is niet normaal.

M : Waarom is beauty zo politiek geladen voor vrouwen met afro roots ?

Y : Uiterlijk is altijd politiek geladen omdat het gebruikt wordt om mensen in bepaalde hokjes te stoppen, om ze in een symbolische positie te duwen. De uitdaging voor afro vrouwen in een westerse context, is het beeld van de slavin en kolonisatie te breken. Het is een beeldvorming die de glorificatie van het lichaam, een typisch Afrikaanse dimensie, heeft vervangen door objectivering, door dominantie. In een poging die identiteit te breken werden andere codes opgedrongen : haar moet ontkruld worden, de huid zo licht mogelijk, een fijne neus en lippen, enzovoort. Het ergste is dat we daar decennialang in meegingen : kijk maar naar popsterren, kijk maar naar het feit dat de allereerste ontkrul- en ontkleurproducten in 1910 werden gelanceerd door ene Garret Augustus Morgan, een Afro-Amerikaanse man !

M : Het feit dat steeds meer vrouwen hun natuurlijke haar vieren, wijst een evolutie aan, toch ?

Y : Zeker. Vroeger was het een evidentie dat je als afro vrouw of meisje je haar ontkrulde of onder een pruik verborg. Vandaag wordt dat in vraag gesteld. Zogezegd was het om praktische reden –natuurlijk haar zou moeilijk te temmen zijn- maar tegenwoordig is dat juist één van de redenen om ermee op te houden. Beschadigde lokken door de vele behandelingen, haaruitval, brandwonden, kaalheid, zelfs gynecologische problemen die worden veroorzaakt door de vele chemische brol die via de producten in de bloedbaan belandt : dat zal niemand missen. Daarnaast is er ook een identitaire reden : vrouwen willen opnieuw haar dat bij hun roots past –létterlijk. We kunnen daarin ook opvoeden : een jongetje die zijn moeder met nappy hair- een samenvoegsel van « natural » en « happy »- ziet stralen, zal dat vanzelfsprekend ook als positief en mooi ervaren. Zijn visie op vrouwen zal erdoor veranderen. Er vallen zoveel clichés en stereotiepen te weerleggen –natuurlijk haar is slordig, is niet handig, is niet gepast- en dat begint bij afro mannen en vrouwen zelf.

M : Wat kan helpen om komaf te maken met die denkbeelden ?

Y : Opvoedig, cultuur, reizen én rolmodellen. Mijn moeder heeft er bijvoorbeeld alles aan gedaan om mijn cultureel kapitaal te voeden. Ze nam me mee naar lezingen, toneelstukken en films van afro kunstenaars, ze omringde me door sterke persoonlijkheden. Ik heb ook het geluk gehad sinds jonge leeftijd met haar door Afrika te hebben gereisd en met mijn eigen ogen te zien hoe anders het continent echt is van de karikaturale, armzalige visie die mensen hier in het Westen meekrijgen. Daardoor heb ik al vroeg een positief beeld over Afrika kunnen ontwikkelen, tijd om dat cadeau ook aan andere jonge mensen hier door te geven.